TEXEL - Onlangs schonk Jacco Bakker van Duikclub Texel een replica van een scheepslantaarn aan Museum Kaap Skil. Hij had niet zo maar een lantaarn nagemaakt, maar het exemplaar dat in het Palmhoutwrak was gevonden. De originele lantaarn was uiteengevallen in losse onderdelen. Door ze precies na te maken en na uitgebreid onderzoek, heeft Jacco een exacte kopie van het originele object gemaakt. Een prachtig stuk vakwerk!
Kennis vergaren
Archeologische voorwerpen zijn meestal heel kwetsbaar en vaak vervormd of zelfs stuk. Het namaken van zo’n voorwerp is dan soms de beste manier om te begrijpen hoe het in elkaar zat en werkte. Dat geldt ook voor de scheepslantaarn uit het Palmhoutwrak. De replica maakt duidelijker hoe het geheel in elkaar zat, hoe een zeventiende-eeuwse timmerman hem gemaakt zal hebben en hoe deze aan boord van het schip gebruikt had kunnen worden. Het project is heel interessant voor archeologen en timmerlui, maar ook voor iedereen die het gewoon leuk vindt om eens een zeventiende-eeuwse scheepslantaarn in handen te hebben.
Opgemeten
Jacco wilde een zo exact mogelijke replica van de scheepslantaarn maken. Hij bezocht daarom het Archeologisch Depot Huis van Hilde in Castricum, waar de onderdelen van de lantaarn bewaard worden. “Daar hebben we de hele middag, tot op de kleinste details, alles opgemeten en gefotografeerd,” laat hij weten. “Met deze kennis begon ik met het maken van de eerste prototype onderdelen van de lantaarn.”
Doel van rand
Jacco had nog een hoop onbeantwoorde vragen. Zo zat er een opstaande rand op het onderstel van de lantaarn. Waar was die voor? Na enig speurwerk en gepuzzel concludeerde Jacco: “Dit is een extra veiligheid die ingebouwd zit in het constructie ontwerp van de lantaarn. Als de borging van het deurtje los zou raken, dan kan het deurtje niet zomaar open gaan. Je moet het deurtje eerst een stukje optillen voor je het kunt openen.”
Geen glas maar hoorn
Een ander mysterie waren de raampjes. Jacco had al plexiglas plaatjes gemaakt, maar die bleken niet te passen. Voor een oplossing kwam hij in Portsmouth, Engeland, terecht. Daar staat namelijk het wrak van de Mary Rose tentoongesteld, en ook daarin zijn lantaarns gevonden. “In het Mary Rose Museum heb ik een rondleiding gehad door allerlei zeer enthousiaste medewerkers die maar al te graag hun kennis over het wrak wilden delen,” vertelt Jacco. “Wat voor mij een openbaring was, was dat er geen glas werd gebruikt maar een dun laagje hoorn van de Longhorn cow. Bovendien waren de stukken niet plat maar gebogen. Het kwartje viel meteen op de juiste plaats: de raampjes moeten dus gebogen zijn.” Veel licht zal er niet doorheen gekomen zijn, maar voldoende om benedendeks de weg te vinden.
Verschillende soorten hout
In Engeland kon ook meteen een ander mysterie opgelost worden. Hoewel alle stukken in Castricum onderzocht waren, was het niet met zekerheid te zeggen of de boven- en onderzijde van wilg of populier waren. In Engeland bleek het om populier te gaan. In Castricum was al gebleken dat de verticale stijlen van dennenhout waren, terwijl onderdelen van het deurtje van eik bleken te zijn. Alles is afgewerkt met lijnolie, wat eeuwenlang in gebruik is geweest voor het onderhoud van schepen.
Nog één vraag
Al met al is Jacco van november 2019 tot en met juni 2020 met dit project bezig geweest. Het resultaat mag er zijn, hij heeft een prachtige replica gemaakt! Na de schenking is de lantaarn opgenomen in de collectie van Museum Kaap Skil. Conservator Alec Ewing is er erg blij mee: “Archeologie komt nog sterker tot leven als het tastbaar wordt, en het is helemaal prachtig als dit ook nieuwe kennis oplevert. Scheepswrakken zijn ook het erfgoed van timmerlui. Soms is er een timmermansoog nodig om het te begrijpen.” Er is alleen nog één vraag die niet beantwoord is: Hoe werd de kaars op zijn plaats gehouden? In de scheepslantaarns in de Mary Rose werden steekkaarsen gebruikt die met metalen pinnen in het hout werden gestoken. In de Palmhoutwraklantaarn ontbreekt hiervan elk spoor. Wordt vervolgd…