Hazen hebben een bijzondere leefwijze, waardoor mensen snel kunnen denken dat een jonge haas hulp nodig heeft. Hazen werpen hun jongen in het open veld. De eerste dagen blijven de jongen op dezelfde plek, maar moederhaas is er het grootste deel van de dag niet bij. Zij komt ze alleen een paar keer per dag zogen. Daar heeft ze een goede reden voor!
De hazenmoeder laat haar jongen vrijwel meteen na de geboorte alleen, omdat ze dan niet aan rovers kan verraden waar de kleintjes te vinden zijn. Ze doet dat dus voor hun veiligheid. Jonge haasjes hebben een goede schutkleur, ze zitten stil en zijn geurloos. Daardoor worden ze niet snel gevonden door roofdieren.
Na een paar dagen gaan de jonge haasjes zich individueel buiten de nestplek verstoppen. Een paar keer per etmaal komen de jongen en de moederhaas bij elkaar, zodat de jongen gezoogd kunnen worden. De jonge haasjes zijn dus bijna de hele dag alleen en dat is precies de bedoeling. Als je een haasje in zijn eentje ziet zitten, is dat dus niet zielig!
Kleine haasjes help je door ze met rust te laten. Als je het diertje oppakt, geef je jouw geur aan hem af. Daarmee verliest hij een deel van zijn bescherming. Mocht een jong haasje op een voor hem gevaarlijke plek zitten, dan kun je hem eventueel verplaatsen door hem met een schone doek op te pakken. Zet hem dan in de buurt van waar je hem hebt gevonden, bijvoorbeeld onder struiken. De moederhaas zal hem tegen zonsondergang roepen en dan zullen ze elkaar weer terugvinden. Het binnenhouden van katten, zeker ’s nachts, is sowieso een aanbeveling. Ook voor de vogels die straks uit het ei gaan komen.