Grijze zeehonden werpen in de regel op zandplaten die ook met hoogwater droog blijven, zoals de Razende Bol en Griend. De pups blijven de eerste maand van hun leven in principe op het droge. Ze hebben die periode hun lange geboortevacht nog en dat maakt zwemmen zwaar en lastig. Ze kunnen overigens wel zwemmen!
Als het zeewater hoog wordt opgestuwd door storm en er grote golven ontstaan, kan het gebeuren dat een pup van de zandplaat afspoelt. Dan is er nog steeds geen reden tot paniek, zolang de moeder haar jong nog weet te vinden. Ook een pup die afdrijft en elders op het droge belandt, kan teruggevonden worden door de moeder. Van een pup die op het Texelse strand of de waddendijk ligt, is het dus niet zeker of hij hulp nodig heeft. Daarom wordt zo’n dier eerst minstens 24 uur door de dierverzorgers van Ecomare geobserveerd. Voorwaarde voor een geslaagde hereniging met de moeder is wel, dat de pup met rust wordt gelaten. Vandaar de oproep om te allen tijde afstand te houden.
Uit onderzoek is bekend dat zeehondenmoeders hun jong urenlang alleen kunnen laten, om zelf te gaan jagen. De moeder weet waar haar jong ligt en komt vanzelf terug. Echter, als er mensen om de pup heen staan, zal ze zich niet op het droge wagen. Door minstens 30 meter afstand te houden, kan onnodige verlating van de pup door de moeder worden vorkomen. Belangrijk is ook om honden aan te lijnen en met een hond een nóg grotere afstand in acht te nemen.
Op het moment worden er vier gewone zeehonden in de opvang van Ecomare verzorgd. Deze zijn enige tijd geleden van het strand gehaald en al een flink eind op weg in hun opvangtraject. De quarantaineverblijven zijn schoon en klaar om, indien nodig, pups op te vangen. Wie een jonge grijze zeehond in zijn eentje op Texel ziet, doet er goed aan Ecomare te bellen (0222-317741). De dierverzorgers beoordelen dan of het dier meegenomen moet worden naar de opvang.